Monitor 2
Tweede drugsmonitor ‘SKIP jij?’
Meer dan 13.000 Brabantse en Limburgse jongvolwassenen deden in het najaar van 2024 mee aan de tweede SKIP-monitor ‘SKIP jij?’. In de monitor is onderzocht in welke mate drugs(gebruik) onder jongvolwassenen tussen de 16 en 27 jaar als normaal wordt gezien. In het onderzoeksrapport staan de belangrijkste resultaten, conclusies en aanbevelingen van de tweede monitor ‘SKIP jij?’. Het rapport is sinds 26 juni 2025 openbaar.
De SKIP monitor focust op de houding van jongvolwassenen ten aanzien van drugs(gebruik). Hoe normaal vinden zij het om drugs te gebruiken en hoe denken zij over drugsgebruik bij vrienden? Hoe jongvolwassenen hierover denken, is een belangrijke indicator om zelf wel of geen drugs te gaan gebruiken. Denormalisering van drugs is daarom nodig om die groepsdynamiek -waarin drugsgebruik wel normaal gevonden wordt- te doorbreken.
Waarom deze tweede onderzoeksmonitor?
Dit onderzoek is uitgevoerd om actuele inzichten te krijgen in de houding van jongvolwassenen ten opzichte van drugsgebruik. Deze cijfers zijn essentieel voor het ontwikkelen van effectieve drugspreventie en gerichte campagnes. Net als bij de eerste monitor ‘Trippen of SKIPPEN?’ uit 2021, vormen de resultaten de basis voor het bepalen van nieuwe focuspunten binnen de SKIP-aanpak. De uitkomsten helpen samenwerkingspartners bovendien om de (lokale) aanpak aan te scherpen en om beter te bepalen welke interventies wanneer en waar nodig zijn.
Positieve beweging
Een opvallend inzicht in vergelijking tot de eerste SKIP monitor in 2021: Veel jongvolwassenen denken dat hun leeftijdsgenoten meer drugs gebruiken dan ze in werkelijkheid doen. In 2021 gebeurde dat nog vaker: toen dachten ze dus vaker dat anderen veel drugs gebruikten, terwijl dat niet zo was. Nu hebben ze daar een beter, realistischer beeld van. Dat lijkt op een positieve beweging naar denormalisering van drugsgebruik onder jongvolwassenen.
Verschil in drugssoorten
Uit de SKIP-monitor blijkt dat de mate waarin jongeren drugsgebruik als normaal zien, verschilt per drug en per situatie. Er is dus geen sprake van een algemene normalisering van drugsgebruik. Zo is xtc onder gebruikers bijvoorbeeld vrij normaal, terwijl mensen die nooit gebruiken dit juist niet als normaal ervaren. Andere middelen zoals poes/miauw en tripmiddelen worden vooral als normaal gezien in specifieke groepen, zoals jongvolwassenen die alleen wonen, in studentenhuizen leven of veel uitgaan. Lachgas, ketamine, cocaïne, amfetamine en designerdrugs worden over het algemeen niet als normaal beschouwd. Ook de manier waarop jongvolwassenen hun vrije tijd besteden, speelt een rol. Wie vaak uitgaat, vindt drugsgebruik eerder normaal. Tegelijkertijd werkt sporten bij een vereniging juist beschermend: deze jongeren vinden drugsgebruik minder normaal.
Bekijk het volledige monitorrapport hier
Bekijk hier het regio tabellenboek
Vragen
Voor vragen of opmerkingen over het monitorrapport kan er contact worden opgenomen met Daniëlle van Pareren via info@skipdietrip.nl.